OPNAME VAN SPOREN OP AUTOSNELWEG MET BEHULP VAN FOTOGRAMMETRIE
RECORDING OF ACCIDENT TRACES ON MOTORWAY BY MEANS OF FOTOGRAMMETRY
1. Ongevalrelaas
Kop/staart aanrijding tussen een SUV-wagen (Sport Utility Vehicle) Mercedes en een personenwagen Lada Samarra.
Rechter voorhoek Mercedes op linker achterhoek Lada.
Tengevolge van die aanrijding gaat de Lada rechts van de baan en komt hij in een stalen vangrail terecht, daar opgesteld voor een aanwijzerbord. De Lada raakt de vangrail juist op het begin ervan, waar hij ingegraven steekt in de bodem. De Lada kantelt alzo boven op de vangrail en schuift over de vangrail tot tegen de staanders van de wegwijzer, waar hij op te pletter slaat.
Ook de Mercedes-bestuurder verliest tengevolge van die aanrijding de controle over het stuur en schuift naar rechts naar de vangrail. Hij komt in de vangrail terecht ter plaatse van de wegwijzer, waar hij nogmaals de Lada raakt. De Mercedes wordt door de vangrails gehouden en schuift een eind verder langsheen de vangrails tot stilstand.
Wegdek droog. Ongeval bij duisternis; geen openbare verlichting.
Baanvak met twee rijstroken en een pechstrook; afsfalt wegdek.
1. The Accident
Head-on collision between a SUV-car (Sport Utility Vehicle) Mercedes and a passenger car Lada Samarra.
Right front corner Mercedes against left rear corner of the Lada.
As a result of the collision the Lada shoves to the right and lands into a steel guard-rail, installed over a certain distance as a protection for a large motorway sign (announcing exit) in the embankment. The Lada touches the guard-rail at the beginning of it, where it is dug in the ground. The Lada is lifted and tips over onto the guard-rail and skids into the motorwaysignposts, where it crashes.
As a consequence of the primary collision also the Mercedes driver looses control over his car and shoves into the guard-rail. He lands into the guard-rail near to the motorwaysign, where he touches the Lada a second time. The Mercedes is held by the guard-rail and shoves about fifty meters further along the guard rail till it stops.
Dry road surface. Accident at dark. No road lighting. Asphalt road surface.
Two drive lanes and a hard shoulder lane.
2. De sporen en eindposities
De plaats van botsing tussen Mercedes en Lada laat zich kennen aan de hand van een paar krassen in het wegdek, die veroorzaakt bleken door de achterste uitlaatpot van de Lada, die bij de vervorming te wijten aan de aanrijding in het wegdek stootte. Voorbij die krassen zijn dan twee afzonderlijke driftsporen te bemerken, die naar rechts naar de vangrails toe gaan, het dichtste van de Lada, het verste van de Mercedes.
De eindpositie van de Lada situeert zich tegen de staanders van het aanwijzerbord.
De eindpositie van de Mercedes situeert zich een 50-tal meter verder in de berm. Op het einde van zijn traject roteerde de Mercedes nog om zijn hoogte-as, waarbij aarde uit de berm op de pechstrook werd geworpen.
Het ongeval gaf aanleiding tot een relatief ingewikkeld sporen patroon op de weg, dat moeilijk nog middels een klassieke methode van opmeting van punten in langs en dwarsrichting te bemeten en op te nemen valt. Fotogrammetrie is in zulk geval de aangewezen methode voor opname.
2. Traces and endpositions
The exact location where the Mercedes hit the Lada can be made up from a number of scrathes in the road surface, which appeared to be caused by the exhaust of the Lada. The rear muffler touched the road surface due to the deformation of the rear of the Lada in the collision. Past these scratches two different skid patterns start, going to the right into the guard-rail, the nearest one from the Lada, the further one from the Mercedes.
The Lada ended up against the posts of the motorwaysign.
The Mercedes ended up about 50 meters further on in the border. From the skidmarks on the road neau the endposition of the Mercedes it appears that the Mercedes still made a rotation along its z-axis, before stopping. Dirt and grass from the border was thrown on the road.
The accident caused a relatively complex pattern oftraces on the road surface, that was difficult to record by classical means, measuring coordinates along and across. In such a case fotogrammetry is a better method.
3. Opname met Fotogrammetrie.
Op het wegdek worden met een spuitbus genummerde merktekens aangebracht, links van de sporen oplopend 0,1,2,3,... en rechts van de sporen oplopend 0',1',2',3',... . Het is voordelig die merktekens aan te brengen met een vaste tussenafstand, hier in dit geval om de 10 meter. Die merktekens vormen een raster van opeenvolgende vierhoeken.
Van elke vierhoek wordt een foto gemaakt, waarop de vier hoeken (merktekens) van de vierhoek waarneembaar zijn. Vandaar dat men de rijen merktekens 0,1,2,3,... en 0',1',2',3',... niet te ver van elkaar mag plaatsen anders worden de vierhoeken te breed om op een foto te krijgen. Wanneer de sporen te breed uitsmeren dient men desnoods nog een derde rij merktekens 0",1",2",3",... toe te voegen. Een gewone digitale camera voldoet.
Het is voordelig die foto's van op enige hoogte te maken, hier van op een vrachtwagen (brandweerwagen), die in stappen van 10 meter vooruit wordt gereden.
Van de vierhoeken dienen enkel de vier zijden en één diagonaal opgemeten. Wanneer men de merktekens op vaste afstand aanbrengt, in langsrichting gezien, dient men enkel de dwarsafstanden en één diagonaal op te meten:
De sporenopname van deze complexe sporentekening beperkt zich dus tot het maken van een 13-tal foto's (indien 13 vierhoeken) en het opnemen van een 26-tal afstanden.
Foto's en vierhoeken worden in een aangepaste computerprogramma gebracht, waarmee de foto's van een zicht schuin naar omlaag worden omgezet in een bovenzicht op schaal. Voorbeelden van zulke programma's: rolleimetric en pc-rect:
-Rolleimetric : zie www.rollei.com of www.rolleimetric.de
-PC-Rect : www.dsd.at
Het resultaat van de omzetting met Rolleimetric, wordt hieronder weergegeven.
3. Recording with Fotogrammetry
Numbered marks are sprayed on the road surface at the left side and at the right side of the traces, 0,1,2,3,... and 0',1',2',3',... . It is useful to have a fixed distance between the succesive markpoints, f.i. in this case 10 meters. The markpoints form a grid.
Every quadrangle in the grid is photographed in such a way that the 4 corners of the quadrangle are visible on the image. Therefore the rows with the marks 0,1,2,3,... and 0',1',2',3',... should not be too far from each other because otherwise a quadrangle is too large to get on a photo. When the pattern of the traces to record is too large a third row 0",1",2",3",... is to be added.
A ordinary digital camera can do the job. It is useful to take the pictures from a certain height. In this case the pictures were taken from the top of the fire-brigade truck. The truck was droven over the track one quadrangle at a time.
The quadrangles are measured afterwards. The four sides and one diagonal have to be measured. When the marks were drawn at a fixed distance in the row (here 10 meters) only the cross-distances and one diagonal per quadrangle ere to be taken. In this case 13 quadrangles were used.
Th epictures of the quadrangles are introduced in a compute^program such as rollei or pc-rect and by means of this program converts the pictures from an oblique sight into an aerial view at true scale
See: www.rollei.com or www.rolleimetric.de or www.dsd.at
The result of a Rollei-conversion of the pictures is given below.
4. Ongevalschets.
Om enig detail te bewaren wordt het resultaat van de Rollei-rectificatie van de foto's hier in een viertal stukken weergegeven.
Die Rollei-ontwikkeling kan dan als bitmap in een tekenprogramma, zoals Carat-sketch ingevoerd worden waarbij de sporen nog een keer omlijnd worden en de tekening kan aangevuld worden met randgegevens, maten en tekst.
4. Drawing of the accident scene
The keep enough detail the drawing is split up in four to five pictures.
The Rollei-conversion can be taken as a bitmap-file into a drawing program such as Carat-sketch, where the drawing can be completed with side data, dimensions and text.